Historiek
Na het vroegtijdig overlijden van Fernand Nédée in 1980 werd in 1982 door professor Arnold Herman aan mevrouw Nédée-Schellemans het voorstel geopperd om een VZW op te richten met de naam “The Fernand Nédée Conferences” in piëteitsvol aandenken aan de Eerste Voorzitter van de Universitaire Instelling Antwerpen. De VZW had tot doel periodiek internationale wetenschappelijke conferenties in te richten waarop een beperkte groep experten op een multidisciplinaire manier controversionele en/of innovatieve concepten zou kunnen bespreken, vooral in het domein van de geneeskunde. Voor de locatie van de bijeenkomsten werd gekozen voor de gesloten omgeving van de Priorij van Corsendonk, zodat de experten gedurende drie dagen, wars van het stadsrumoer, vrij, openlijk en onbevangen met elkaar konden interageren, met de garantie dat zelfs de allernieuwste en/of gedurfde opvattingen in besloten kring zouden blijven.
De sponsoring van de VZW was afkomstig van het Nationaal Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek, de farmaceutische industrie en van grote industriële bedrijven waarin Fernand Nédée een bestuursfunctie had vervuld.
Er werden vijf conference georganiseerd in de Priorij van Corsendonk:
• First Fernand Nédée Conference on Tissue Reperfusion, 18-20 oktober 1982
• Second Fernand Nédée Conference on Modulation by Epithelia of Parenchymatous Function, 15-17 oktober 1984
• Third Fernand Nédée Conference on Trophic Factors and the Cardiovascular System, 19-22 oktober 1986
• Fourth Fernand Nédée Conference on Ionic Channels in the Cardiovacular System, 17-19 oktober 1988
• Fifth Fernand Nédée Conference on Cell Communication in Medicine, 19-21 oktober 1992
Aan de Conferences namen een reeds gelauwerde en twee toekomstige Nobelprijslaureaten deel.
Omwille van de moeilijkheden in het verzekeren van een zekere continuïteit bij de organisaties van de Conferences, is de VZW op 6 november 2002 ontbonden en werd in het kader van de vereffening van de VZW haar kapitaal bij notariële akte van 30 juni 2003 aan de Koninklijke Academie voor Geneeskunde van België geschonken. Bij ministerieel besluit van 9 oktober 2003 werd de Academie gemachtigd tot het definitief aanvaarden van de schenking.
Op 13 juni 2003 organiseerde de Academie voor Geneeskunde de Sixth Fernand Nédée Conference over “stamcelonderzoek in Vlaanderen: (on)mogelijkheden en perspectieven”. Tot slot, organiseerde de Academie voor Geneeskunde op 27 september 2013 de Seventh Fernand Nédée Conference on Succesful Aging.
Daarna werd er beslist om het Fonds Fernand Nédée te gebruiken ter financiering van wetenschappelijke prijzen, welke werden toegekend in 2014, 2017 en 2020 over een aantal uiteenlopende thema’s. Geleidelijk groeide het inzicht om de prijs te richten op een specifiek thema, namelijk een origineel interdisciplinair en /of multi-dimensioneel wetenschappelijk onderzoek in de gezondheidseconomie. Dit onderwerp lag nauw aan het hart van Fernand Nédée en vormde tot nu toe nog niet het voorwerp van een erkenning.
Bij notariële akte van 30 juni 2003 heeft de vzw in het kader van haar vereffening haar kapitaal aan de Academie geschonken. Bij ministerieel besluit van 9 oktober 2003 werd de Academie gemachtigd tot het definitief aanvaarden van de schenking (Belgisch Staatsblad van 24 mei 2004).
Tijdens een plechtige openbare zitting, die op zaterdag 6 december 2014 plaatsvond in het Paleis der Academiën werd de eerste Prijs Nédée uitgereikt.
Mecenas
Fernand Nédée werd op 7 februari 1930 te Antwerpen geboren. Hij studeerde rechten, economie en filosofie te Namen, te Leuven en in Chicago. In het begin van de jaren 1960 was hij kabinetsmedewerker van de eerste ministers Gaston Eyskens en Theo Lefèbvre. Hij bouwde zijn loopbaan uit in de Antwerpse zetel en de Belgische afdeling van de Bank van Parijs en de Nederlanden en als afgevaardigd bestuurder en voorzitter van Copeba. Hij was medestichter en eerste voorzitter van de Universitaire Instelling Antwerpen van 1971 tot 1976. In dezelfde periode realiseerde hij de restauratie van de Priorij van Corsendonck. Hij overleed op 3 augustus 1980 te Wilrijk (Antwerpen).
Hieronder enkele passages van de bijdragen die zijn nauwste vriend Jan Abraham in 1981 over hem heeft geschreven heeft in de Standaard en in het boek “Ons land in 1990” waar ook een bijdrage van Fernand Nédée zelf is opgenomen (“Maatschappelijke aspecten van de Geneeskunde. De Visie van een Buitenstaander”), die hij had voorbereid met vrienden uit de medische wereld. De voordracht handelde over de geneeskunde als maatschappelijk probleem, de responsabilisering en de kostenbeheersing, de artsenopleiding, de relatie tussen huisarts en patiënt. Verder zijn hieronder enkele citaten overgenomen uit de Memoires van Jean-Luc Dehaene die naar Fernand Nédée verwijzen:
Uit "Ons land in 1990":
- Als bedrijfsleider had Fernand Nédée de kunst mensen samen te brengen rond projecten en activiteiten en collectieve inspanningen zo te begeleiden dat zij concrete resultaten afwierp. Zijn succes stoelde op drie factoren: duidelijke en eenvoudige structuren en procedures, persoonlijke inzet, snel en precies handelen, zowel bij conceptie als bij afwerking.
- In regionaal vertakte ondernemingen bestaat altijd de spanning tussen de centrale administratie en de regionale verantwoordelijken. Fernand Nédée trachtte deze spanning op te vangen door sterk aan te dringen op delegeren, maar terzelfdertijd aan de regionale directeurs te vragen hun verhoogde verantwoordelijkheid collectief, “interregionaal” uit te oefenen en ook bepaalde opdrachten in de hoofdadministratie op te nemen. Zelf gaf hij het voorbeeld. Aan de top geraakt, vermeed hij micromanagement en mengde hij zich niet in de dagelijkse taak van de medewerkers. Hij herhaalde vaak: ofwel doe ik het zelf, ofwel delegeer ik, maar dan volledig. Het natuurlijke gevolg was dat slechts de moeilijkste dossiers op zijn tafel terechtkwamen. Daar zette hij zich dan persoonlijk voor in, zonder grote staf, met oplossingen die hijzelf ontwierp en die hij dan snel en efficiënt trachtte door te drukken.
- Als zakenman was Fernand Nédée handig en snel bij het maneuvreren. Maar hij haatte oneerlijkheid en exploitatie. Naar zijn eigen bewoordingen moest een zaak “proper” zijn en hij was diep ontgoocheld over mensen die “over lijken liepen”.
- Als holdingman geloofde Fernand Nédée niet in innovatie “from scratch” en van bovenuit. Nieuwe ideeën, nieuwe procedés, nieuwe producten groeien van onderuit, binnen bepaalde branches, binnen bepaalde ondernemingen die zich aldus diversifiëren en vernieuwen. De hoofdverantwoordelijkheid van de holding ligt in de promotie en de begeleiding van hetgeen van onderuit is gegroeid, niet in de creatie ex nihilo vanuit de top.” De gedragsnormen die hij in dit verband aan de holding voorschrijft, zijn kenmerkend voor heel het imago van bedrijfsleiding dat Fernand Nédée heeft gepropageerd: “Klaarheid en openheid in de informatie, continuïteit in het beleid, maatschappelijke betrokkenheid in de conceptie, techniciteit en objectiviteit in de uitvoering moeten constanten zijn in ons gedrag en onze tussenkomsten.”
- Zijn uitstraling reikte veel verder dan Antwerpen en Vlaanderen. In Parijs was hij de vertrouwensman met allure, invloed en cultuur. De levendige negatie van “le petit Belge” Het Brussels establishment ontdekte in hem een briljante persoonlijkheid, die zich spontaan affirmeerde door talent en inzet, zonder familiefortuin of grote naam. In Wallonië werd hij niet alleen bewonderd als exponent van het Vlaamse zakendynamisme. In vele kringen was hij vriend aan huis, onder andere in de Economische Faculteit te Namen die hij mee hielp oprichten.
- In 1970 wordt Fernand Nédée Voorzitter van de Algemene Vergadering van UFSIA en in 1971 eerste Voorzitter van de Universitaire Instelling Antwerpen. In een kleine pluralistische team wordt geschiedenis gemaakt: een nieuwe Universiteit, een nieuw Academisch Ziekenhuis (Edegem) en vooral een nieuw maatschappelijk experiment komen tot stand in de typische Nédée-stijl: zorgvuldig gepland, in ploegverband ontworpen en uitgevoerd, snel en efficiënt afgewerkt. Wie verwacht had dat Nédée zich in dit avontuur zou werpen om de expansie van een nieuwe instelling af te remmen, kwam bedrogen uit.
- Nooit ging Fernand Nédée totaal op in ideologieën, groepen, instellingen of maatschappelijke structuren. Hij bond zich alleen volledig aan mensen. Tegenover mensen waren zijn trouw en zijn vriendschap totaal en onvoorwaardelijk. Hij was beschikbaar voor allen, zijn collega’s, zijn medewerkers, zijn vrienden, rijken en armen, jong en oud. Zelfs in de grootste drukte vond hij tijd om naar anderen te luisteren, hun raad te geven, een zieke te gaan bezoeken.
- Fernand Nédée beschouwde de decentralisering van de besluitvorming als de basis van elke effectieve en efficiënte democratie. Overdreven centralisering drijft volgens hem, de wrijvingen op en vermindert het economisch en sociaal resultaat. Slechts in gedecentraliseerde kernen kan men de verantwoordelijkheden vastleggen. Dit was volgens hem niet alleen van toepassing op bedrijven maar ook op non-profitorganisaties zoals universiteiten en ziekenhuizen. Waar automatische marktsignalen ontbreken, waar permanent het gevaar bestaat dat gelden van de gemeenschap worden verspild, dringen decentralisering en responsabilisering zich des te sterker op. Scherp hekelde Nédée de systemen die tot kostenexplosie hebben geleid door de toewijzing van overheidsgelden te binden aan de louter kwantitatieve verhoging van productie en het verbruik. Meer studenten brengen meer geld voor de universiteiten op, meer consulten brengen meer geld op voor de geneesheren, meer hospitalisatiedagen brengen meer geld op voor de ziekenhuizen. In de meest krasse gevallen loopt het systeem zelfs over de deficits: hoe hoger de tekorten, hoe meer subsidies.” Daar tegenover stelde hij een geprogrammeerde “lump sum financiering” voor. Globale tekorten worden per instelling op basis van maatschappelijke prioriteiten toegekend. Binnen deze globale enveloppe beslist iedere instelling vrij om uit het toegekend geld het maximaal resultaat te halen. De gedecentraliseerde werkcel beheert vrij haar globale, forfaitair bepaalde begroting. Uiteindelijk komt Fernand Nédéé’s filosofie van non-profitorganisaties die van subsidiering afhangen hierop neer: duidelijke opties vanwege de overheid, duidelijke verantwoordelijkheid van de werkcellen.
- Zowel door natuurlijke geaardheid als door overtuiging en ervaring was Fernand Nédée een man van overleg. Met zijn zin voor evenwicht, zijn begrip en tolerantie voor andermans standpunten en zijn drang naar efficiënt handelen, schuwde hij het polariseren naar de extremen toe, de nutteloze confrontatie van aangescherpte standpunten, de contestatie om de contestatie. Hij had de ervaring van een generatie die in de jaren zestig had beleefd hoe een sociale consensus kan bijdragen tot een sociaal economische expansie zonder weerga. Hij schreef de achteruitgang van de jaren zeventig in aanzienlijke mate toe aan de teloorgang van die consensus.
- Nédée vond dat in een periode van schaarser wordende middelen de modale Belg opnieuw moest leren voor zichzelf te zorgen zonder het altijd van de anderen of van de staat te verwachten. Zo konden de staatstussenkomsten worden geconcentreerd op zij die ze het meest nodig hadden. Hij pleitte voor een minimumbestaan voor iedereen maar zonder bestendiging van verworven rechten om ruimte te scheppen voor de zorg van de zwakkeren en nieuwe sociale behoeften. Hij ergerde zich aan gevallen van profitariaat en pleitte voor een sterke binding van vergoeding aan de concrete productieve prestatie, niet aan macht, privileges, diploma’s of barema’s. Tegenstander van gelijkheid van inkomens, was hij integendeel uitgesproken promotor van een egalisering van kansen via onderwijs en cultuur. In al de organisaties en instellingen waar hij actief was, heeft hij gevochten tegen discriminatie aan de start.
Referenties uit de Memoires van Jean-Luc Dehaene (uitgeverij van Halewyck, Maart 2012)
- “Ik had in mijn Sturm-und-Drangjaren zo veel te danken aan mentors Fernand Nédée, Willy D’Havé en Wilfried Martens. De weg die ik na mijn universiteit bewandelde, was achteraf gezien een ideale vorming en training voor mijn later politieke engagement. De Scouts, de CVP-jongeren en de arbeidsbeweging hebben mij daar meer dan de universiteit gevormd.”
- In afwachting van mijn militaire dienst ging ik op zoek naar een parttime job. Fernand Nédée loste het probleem op. Ik werd halftime tewerkgesteld bij het Studiecentrum voor de Expansie van de haven. Fernand Nédée had dit centrum opgericht en was voorzitter van de raad van bestuur. Het studiecentrum stond onder leiding van René de Feyter, de latere gedelegeerd bestuurder van het Vlaams Economisch verbond.
- In september 1963 werd ik tijdens de Herfstmale door Fernand Nédée voorgesteld als Verbondscommissaris.
- In de verbondsraad was er een discussie die dreigde op een patstelling uit te lopen. Gelukkig zat Fernand Nédée de vergaderingen voor. Hij verstond de kunst mij in toom te houden en tegelijk de essentie van de hervormingen te laten goedkeuren, al was hij er niet altijd honderd procent mee eens. Als Verbondsvoorzitter stond hij wel loyaal achter de Verbondscommissaris. Zonder hem zou ik wellicht vaak met mijn jong geweld tegen de muur gelopen zijn en niets bereikt hebben.
- Om te trouwen moest ik een stevigere en duurzamere beroepsbasis hebben. Eens te meer bracht Fernand Nédée de oplossing. Werken op een studiedienst leek het best te combineren met mijn werk bij de scouts. Fernand vroeg mij wat ik verkoos, Het VKW of het ACW. Zonder aarzelen koos ik voor het ACW. Dat lag immers volledig in de lijn van mijn sociaal engagement.
Voorgaande laureaten
- De Prijs Fernand Nédée 2020 voor wetenschappelijk onderzoek over infectieuze importpathologie werd uitgereikt op 3 december 2022 aan de heer Philippe Van den Steen van het laboratorium voor Immunoparasitologie van het Rega Instituut van de KU Leuven, voor zijn werk, getiteld: “Pathogenesis of malaria complications”.
(Prijs Fernand Nédée verslag jury 2020 (477.17 KB) "pdf") - De Prijs Fernand Nédée 2017 voor gezondheidseconomisch wetenschappelijk onderzoek werd uitgereikt op 9 december 2017 aan de heer Philippe Beutels voor zijn onderzoekswerk, getiteld: “Determinanten van geneesmiddelenconsumptie en van leeftijdsspecifieke gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven in België”.
(Prijs Fernand Nédée verslag jury 2017 (410.15 KB) "pdf") - De Prijs Fernand Nédéé 2014 werd uitgereikt op 6 december 2014 aan mevrouw Marleen De Coninck voor haar onderzoekswerk, getiteld: “Evidence Based Valpreventie: De brug tussen wetenschappelijk onderzoek en klinische praktijk”.
(Prijs Fernand Nédée verslag jury 2014 (408.57 KB) "pdf")